Programma EK turnen heren | Livestream senioren | Livescores

Waardeer de jury!

Nagenoeg iedere club heeft te maken met wedstrijden en activiteiten waarbij juryleden worden ingezet. Deze juryleden hebben een cruciale rol in het waarderen en beoordelen van sporters. Het is dan ook van het grootste belang dat juryleden goed worden begeleid én de waardering krijgen die ze verdienen!

Werving van nieuwe juryleden en behoud van de huidige is voor alle verenigingen in Nederland een belangrijk thema. Tuurlijk, met liefst 5000 gebrevetteerde juryleden mag de gymnastieksport absoluut niet klagen, maar toch gebeurt het soms dat voor een evenement slechts met moeite voldoende krachten kunnen worden gevonden, dat er kunst- en vliegwerk aan te pas komt om alle stoeltjes te bezetten. De inzet en begeleiding van juryleden is dan ook een belangrijk thema, voor zowel KNGU als de clubs. Juist daarom heeft de KNGU in juni 2019, als vervolg op een aantal inspirerende panelgesprekken, een grootscheeps onderzoek gehouden. Marja Blaas, Programmamanager Educatie bij de KNGU, was zeer verheugd over de respons. “Die was enorm! Van de aangeschreven juryleden heeft 28,4 procent de enquête ingevuld. We waren vooral ook blij met de ruim 1000 persoonlijke opmerkingen die de juryleden ons hebben meegegeven. Al met al heeft het onderzoek ongelooflijk waardevolle informatie opgeleverd, die nu verder geanalyseerd wordt.’’

Constante instroom

Zoals gebruikelijk in een na-olympisch jaar, komen er ook in 2021 voor veel disciplines veranderingen in de oefenstof en reglementen. De lessen die uit het juryonderzoek worden geleerd, zullen dan ook worden meegenomen, in 2020 zullen al de eerste resultaten merkbaar zijn. Het is echter goed om nu al te kijken welke zaken goed lopen, maar ook waar nog snelle verbeteringen mogelijk zijn.

Allereerst is het van belang om te constateren dat juryleden actief zijn op een zeer divers speelveld. Er zijn acht jurydisciplines (Turnen Dames, Turnen Heren, Acrobatische Gymnastiek, Ritmische Gymnastiek, Trampolinespringen, Groepsspringen, Dans en Rhönrad) en daarbinnen bestaan gemiddeld drie tot vier verschillende niveaus. Jurybrevetten worden afgegeven voor de duur van vier jaar. Mede omdat veel juryleden ouders van sportende kinderen zijn, haakt een grote groep na zo’n periode vaak weer af. Er is dus een constante instroom nodig. Bovenal is het belangrijk de huidige groep te enthousiasmeren om langer door te gaan, ook als bijvoorbeeld hun kinderen stoppen met de sport. Wie langer jureert, krijgt er meer lol in, zeker als de begeleiding adequaat is en juryleden zo nu en dan een schouderklopje krijgen.



‘Waardering’

Een van de zaken die uit het onderzoek van juni 2019 naar voren komen, is dat ‘waardering’, in welke vorm dan ook, zeer op prijs wordt gesteld. Blaas: “We kunnen nu al zeggen dat uit het onderzoek naar voren komt dat juryleden de waardering voor hun werk toch wel heel belangrijk vinden. Of dat nu in de vorm van een zakje drop is of een schouderklopje, ze stellen het erg op prijs.’’ Veel verenigingen hebben al aandacht voor het bedanken van de juryleden, na afloop van een wedstrijd of aan het eind van het seizoen. Andere clubs zouden er – constateerden de geënquêteerde juryleden – nog beter mee aan de slag kunnen. Grote kans dat het die clubs daarna veel oplevert. Een tevreden jurylid zegt bij een volgende gelegenheid makkelijker ‘ja’, en verlengt zijn of haar brevet met meer vanzelfsprekendheid.

Vergoeding

Juryleden worden door de KNGU gezien als vrijwilliger en vallen onder het vrijwilligersbeleid. Echter, zij verdienen wel een beloning voor hun diensten. Afgelopen jaar is de ‘Harmonisering wedstrijden’ doorgevoerd. Bij landelijke, districts- én regiowedstrijden is een uniforme regeling voor het uitbetalen van reiskosten aan juryleden vastgesteld. Daarnaast ontvangt het jurylid voor deze wedstrijden een vergoeding van vijf euro per dagdeel. Voor de overige wedstrijden is het aan de wedstrijdorganisatie hoe ze deze vergoedingen inrichten.

Sommige verenigingen geven bovenop de vergoeding van vijf euro per dagdeel een extra bedrag. Ook werd via het onderzoek duidelijk dat er een grote diversiteit is aan wat een jurylid juist zelf moet betalen of wat hij of zij vergoed krijgt. Blaas: “Het is voor iedere vereniging, ook voor de clubs die het al heel goed doen, absoluut een punt van aandacht. Je kan niet van juryleden verwachten dat ze er altijd maar staan als daar helemaal niets tegenover staat.’’

Het is volgens Blaas bovendien van groot belang om vast te stellen wat de specifieke rol van de KNGU en de club is, niet alleen wat de honorering van juryleden betreft, maar ook meer algemeen qua beleid en inzet van juryleden. Blaas: “Het is van groot belang dat de bond en de clubs samen zorgen voor goede faciliteiten voor juryleden, zodat zij hun belangrijke werk met plezier kunnen doen. Het mag ook duidelijk zijn dat we allemaal onze eigen verantwoordelijkheden hebben.’’

Werving en begeleiding van beginnende juryleden is duidelijk een taak van de clubs zelf. Het stimuleren van oudere sporters om een juryopleiding te volgen, de gesprekken met geïnteresseerde ouders, het aanbieden van de mogelijkheid om trainingen te bezoeken en uitleg te krijgen van trainers en begeleiding door meer ervaren juryleden; het draagt allemaal bij aan werving en behoud.



KNGU faciliteert 

De KNGU faciliteert de clubs en heeft als kerntaak om (online) adequate informatie over opleidingen te geven. Er wordt cursisten geen inschrijfgeld voor juryopleidingen gerekend. De jurycursussen – voor alle disciplines en niveaus – worden duidelijk gecommuniceerd, en zijn zo goed mogelijk verdeeld over het hele land. De opleidingen moeten van een dusdanig niveau zijn dat juryleden die hun brevet halen, ook direct inzetbaar zijn in de praktijk. Blaas: “De KNGU heeft hier nog wel een inhaalslag te maken, maar die is inmiddels ingezet. Op dit moment wordt onder meer gekeken of we het ‘schaduwjureren’ en de begeleiding van juryleden kunnen structureren en verbeteren.’’

De KNGU en wedstrijdorganisaties delen bij wedstrijden juryleden in op basis van opgave van de clubs of van de persoonlijke aanmeldingen van juryleden en publiceren de indeling tijdig. Men wordt geacht een veilige werkomgeving te creëren, waarin op de juiste manier feedback gegeven wordt. Om dit beleid te ondersteunen is een gratis digitale module ontwikkeld die in het najaar beschikbaar komt en opgenomen zal worden in de toekomstige juryopleidingen. Blaas: “De juryleden zijn belangrijk, daar moeten we met z’n allen energie in steken.’’

Clubs zelf moeten duidelijke afspraken maken wanneer welke juryleden worden ingezet. Zeker verenigingen met meerdere disciplines en niveaus zullen keuzes moeten maken. Dat clubs verplicht zijn voor de meeste activiteiten een aantal juryleden te leveren, is lang niet altijd helder. Mede daarom verdient het aanbeveling om binnen de club een jurycoördinator aan te stellen. “Je moet als club je ‘werkkapitaal’ koesteren en omarmen.’’